Relatie tussen risico's en weerstandscapaciteit
Het weerstandsvermogen geeft aan of de gemeente Leudal in staat is negatieve financiële consequenties van risico’s zelfstandig op te vangen. Achterliggend doel hiervan is dat er gestuurd
wordt op een weerstandsvermogen dat voldoende dekking geeft voor de risico’s.
Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen (BBV art. 11 lid 1):
a) de weerstandscapaciteit, zijnde de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente
beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken;
b) alle risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis
kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.
Deze relatie komt tot uitdrukking in een ratio die wordt bepaald door de beschikbare
weerstandscapaciteit te delen door de benodigde weerstandscapaciteit (de financiële risico's).
Wanneer de ratio minder is dan 1, dan zijn er theoretisch niet genoeg middelen beschikbaar om
de risico's af te dekken. Daarom wordt minimaal gestreefd naar een ratio van 1,5.
Indien de ratio lager uitvalt dan 1 wordt er uiterlijk binnen één jaar een voorstel aan de
raad voorgelegd om de beschikbare weerstandscapaciteit te vergroten en/of de
benodigde weerstandscapaciteit te verlagen.
Onderstaande tabel geeft inzicht in zowel het incidentele als het structurele weerstandsvermogen.
Incidenteel weerstandsvermogen | 2026 |
|---|---|
Algemene reserve stand 1-1- | 26.654 |
Incidentele begrotingssaldo | -326 |
Incidentele risico's | 3.299 |
Ideale bandbreedte | >=1,0 en <=1,4 |
Weerstandsvermogen o.b.v. algemene reserve | 7,98 |
Minimaal benodigde weerstandscapaciteit | 3.299 |
Structureel weerstandsvermogen | 2026 |
|---|---|
Onvoorzien structureel | 1 |
Structurele begrotingssaldo | 3.084 |
Structurele risico's | 1.650 |
Ideale bandbreedte | >=1,0 en <=1,4 |
Weerstandsvermogen o.b.v. algemene reserve | 1,87 |
Minimaal benodigde weerstandscapaciteit | 1.650 |